Column: Trotse vrijwilligers willen helpen opruimen

Foto: HogelandNieuws

WADDENGEBIED – De ramp met de afgevallen containers van de MSC ZOE wordt door velen gezien als een aanval op één van de mooiste gebieden van Nederland: de Waddenzee.
De Waddenzee staat op de UNESCO Werelderfgoedlijst en heeft een onmiskenbare ecologische waarde. Door het relatief warme water zijn er vele planten en dieren in de Waddenzee te vinden. Er zijn zeehonden in de Waddenzee te zien, maar ook vele vogels en schelpdieren zijn vooral in het voorjaar in de zee te vinden. Ook komen er zo’n 250 plantensoorten voor die alleen in de Waddenzee te vinden zijn.

De laatste jaren krijgt het gebied steeds meer waardering. Niet alleen uit de rest van Nederland, maar steeds vaker rijden er auto’s met buitenlandse kentekens. We zijn daar trots op. We zijn trots op ‘ons’ gebied en gunnen de gasten om er óók van te genieten.

Wij gaan naar het Waddengebied om op ‘onze’ manier te recreëren: wandelen, uitwaaien, lekker op de dijk zitten, turen, nadenken en even in één van de havens kijken en een visje eten. Een aanval op het Waddengebied is een aanval op ons en dan willen we ons gebied beschermen, in de tegenaanval gaan!

De oorzaak
In de nacht van 1 op 2 januari verloor de MSC Zoë 292 containers. De ware toedracht wordt onderzocht.

Het gevolg
Het gevolg van de verloren containers is een ware ramp. Waar schapen en koeien horen te grazen, zeehonden vis moeten vangen, planten proberen te overwinteren, garnalen groeien, de kwelders rusten, de dijken zich schrap zetten tegen de stormen, daar is de aanval ingezet. De aanval bestaat uit rotzooi, consumptie- troep in alle soorten, maten en materialen.

My Little Pony-borsteltjes en andere troep, autospiegels, verpakkingen, piepschuim, giftige en gevaarlijke stoffen, niet te verzamelen korreltjes, ach, teveel om op te noemen. Het is om te huilen en dat wordt ook veel gedaan. De woede, het verdriet en de onmacht hebben al veel tranen in het gebied laten biggelen. Maar door de tranen heen is er de vaak geroemde wilskracht, de Kop-der-veur-mentaliteit, waar onder andere Ede Staal over zong en burgemeester Bolding van Het Hogeland in zijn installatietoespraak over sprak.

Het is een ramp, een aanval, en we willen wat dóén, terug knokken, de troep weghalen, opruimen, de vissen, vogels, andere dieren helpen, de aanval afslaan. Gelijk na de eerste berichten trokken mensen naar het gebied. Dikke kleren aan, vuilniszakken mee, de striemende wind negerend, de regen trotserend, de blik op oneindig, de Kop-der-veur- en er naar toe: helpen!

De eerste dagen van de ecologische ramp ging het prima, heel veel mensen boden hulp, stonden met de poten in de blubber, ruimden op, kregen daar een goed gevoel van, waren trots. Groepen van mensen met een beperking, schoolklassen, voetbalelftallen, vriendengroepen, atletiekverenigingen, vissers, individuen trokken als een mega- stofzuiger door het gebied. ‘Gewone’ burgers boden kamers aan voor mensen uit het land die wilden helpen. Hotels, bed and breakfast-ondernemers vroegen gereduceerde prijzen, transport werd geregeld: de samenhorigheid straalde eraf, de tegenaanval werd in alle kracht gevoerd en wat was iedereen trots!

Op de redactie krijgen we veel reacties van mensen die willen helpen, maar zich niet welkom voelen. Er is veel frustratie.

 

Ook de mensen van Cosis Winsum staken de handen uit de mouwen

Na de eerste dagen lijkt er een monopolie op het helpen te liggen. ‘U hoeft niet te komen’, ‘De professionals nemen het over’, ‘Het is gevaarlijk’, ‘De kwelders hebben rust nodig’, ‘Wij coördineren nu’, ‘Wij weten wat goed is’, ‘Blijft u weg’!

Goed bedoelde adviezen en misschien ook het beste voor het gebied, maar de goedwillende vrijwilligers, de eerste strijders, zij voelen dat niet zo, zij willen helpen, het Waddengebied, hun gebied, redden! Zij zien de troep op de dijken liggen, zij lezen de berichten, zij zien de beelden, zij vragen hoe en waar ze kunnen/mogen helpen.

De verantwoordelijken zouden daar oor voor moeten hebben, de mensen moeten gunnen om te mogen helpen. Bij een olieramp helpen mensen vogels bevrijden en schoonmaken. Iedere geredde vogel die het luchtruim kiest wordt door applaus begeleid. Deze ramp heeft niet van die ontroerende beelden, deze ramp is veel geniepiger, gemener. De gevolgen van deze ramp zijn (nog) onzeker. Hoe zwaar is het Waddengebied getroffen, hoe ziek is het en kan het nog worden? Hoe gaan de vele vrijwilligers die klaar stonden en staan met de frustraties om. De vrijwilligers verdienen alle lof en respect! Laat ze helpen of leg beter uit waarom dat niet kan!

 

Cookieinstellingen