CdK René Paas: ‘Ken je me nog?’

Foto: WinsumNieuws

Zaterdag 11 november verzorgde commissaris van de Koning René Paas in de kerk van Klein Wetsinge de tweede Ommelander herfstlezing.
De kerk in Klein Wetsinge en de Culturele Onderneming organiseerden vorig jaar de eerste Ommelander herfstlezing. Ook dit jaar organiseerden zij een lezing met een prominente Groninger. Vorig jaar beet Herman Sandman het spits af, dit jaar vertelde commissaris van de Koning René Paas over de terugkeer naar Groningen.

Het werd geen traditionele lezing. Op initiatief van Paas werden de in rijen staande stoelen in een gezellige kring gezet, vragen konden op ieder moment worden gesteld en opmerkingen werden zeer op prijs gesteld. De Rijksheer zelf bleef staan om zich toch enigszins te onderscheiden van de rest van het gezelschap.

Sint Maarten

Snoep was taboe toen Paas nog een Paasje was. Hij kon zijn oortjes dan ook haast niet geloven toen zijn moeder zei dat het gezin op visite naar familie in Groningen ging om Sint Maarten te vieren.

“Je krijgt een gekleurde lampion, je loopt daarmee langs de deuren, zingt een liedje en krijgt gratis snoep,” had moeder Paas gezegd. In Stadskanaal bleek het warempel allemaal waar, maar ‘gratis snoep’: kleine René moest er toch wel heel veel voor doen.

Commissaris der Koning

Op 16 september reageerde Paas, op aanraden van zijn vrouw Ruth Peetom, op de vacature van CdK in Groningen.  Paas woonde en werkte eerder in Groningen, onder meer als wethouder in de stad. Op de brief aan de Koning (die de Koning zelf niet leest, niet eens onder ogen krijgt) kwam enige tijd geen enkele reactie. Er volgde later een aantal gesprekken die wel goed voelden, maar geen duidelijkheid gaven over de uitkomst. De tijd verstreek en juist toen de sollicitatie wat uit het systeem verdween, belde er, tijdens het opwarmen van een portie pasta die de trek moest stillen na een intensieve zwemles, iemand van de vertrouwenscommissie die hem feliciteerde met de benoeming.

Veel tijd om familie, vrienden en bonzen te informeren was er niet, het nieuws werd binnen een kwartiertje wereldkundig gemaakt. Eén ding scheelde, een telefoontje aan vrouw Ruth bleek overbodig. Haar antwoord: “Dat weet ik al!”

Aan de kinderen uitleggen dat er van Utrecht naar Groningen verhuisd ging worden was moeilijker. De drie in Groningen geboren kids voelden zich prima in Utrecht, al noemden ze De Dom steevast De Martinitoren. Paas: “Iedere keer een moment van triomf.”

Het gezin vond gelijk haar draai weer in Groningen. Terwijl René en Ruth de Ikeameubels in elkaar pasten, belde één van de kinderen: “Pap, raad eens waar ik ben? Op de Martinitoren!” Paas: “Prachtig moment.”

Ken je me nog?

Terug in het leven van de Stad kwam Paas tot een bijzondere constatering. Hij zag studenten naar feesten of de universiteit fietsen, sprak met honderd Groningers die hij wilde ontmoeten, hoorde hun verhalen en besefte: “Ik kende nog best veel mensen, maar ik kende hun verhalen niet. Er is veel veranderd, ik ben veranderd.
Niet vreemd, de mensen hadden zich verder ontwikkeld, de Stad had zich verder ontwikkeld, ik had me verder ontwikkeld.”

Kennismaken

Paas besloot om opnieuw kennis te gaan maken met Groningen. Voor zijn werkbezoeken (verplicht door de ambtsinstructie) verdiepte hij zich in de gemeente waar hij heen zou gaan. Na ruim een jaar heeft hij op één na alle gemeenten tenminste een keer bezocht. Paas is, mede door de werkbezoeken, opnieuw naar Groningen gaan kijken. Hij heeft zich verbaasd. In de Eemshaven dacht hij een oude bananenopslag te vinden, maar viel haast om van wat hij aantrof, zoveel mogelijkheden.

Paas spreekt met trots over Groningen, zijn Groningen.

Nadat zijn benoeming bekend werd, volgden er twee soorten reacties: uit Groningen: ‘Gefeliciteerd, welkom terug’ en vanuit de Randstad: ‘Veel sterkte in Groningen.’
Paas: “De reacties uit Groningen voelden als een warm bad en de bevestiging dat het goed was geweest om, zelfs als CDA’er, te solliciteren naar dit ambt.”

Groot onrecht

De reacties uit de Randstad waren volgens Paas het bewijs dat iedereen wel weet dat Groningen groot onrecht wordt aangedaan.

Paas: “Sinds de vondst van het Slochter aardgasveld is er door gas 260 miljard in de staatskas gekomen, terwijl er veel Groningers de dupe zijn van de winning.”
De beving in Huizinge (2012) heeft volgens de Commissaris veel veranderd. Er is volop aandacht voor de problemen en dat de aardgasproblematiek in het regeerakkoord wordt genoemd, is volgens Paas een duidelijk signaal dat het anders moet. Paas: “Wat hier gebeurt, deugt niet. Het land is uit het lood.

Mogelijkheden

Om te weten wat er moet veranderen, moet je weten waar je over vijf jaar wilt zijn. Daar zijn we heel erg druk mee bezig. De strategie is niet om overal op in te hakken, maar om over de mogelijkheden te praten. Met het versterkingsprogramma kunnen we niet alleen voor veiligheid zorgen, maar ook iets doen aan de werkgelegenheid.”

Ondanks de geringe opkomst, was het een goed samenzijn in het prachtige kerkje van Wetsinge. De heer Paas is een boeiende verteller met mooie kwinkslagen. Hij komt zeer innemend over, is vriendelijk en bemoedigend. Hij houdt overduidelijk veel van Groningen en is ervan overtuigd dat ‘zijn’ provincie er over vier jaar beter voorstaat, maar je krijgt het niet gratis, je moet er veel voor doen.

Cookieinstellingen