Wat was dat mooi, dat damesvoetbal. Leuke supporters die wat emotie lieten zien, alles gelardeerd met de kleur oranje. Geen geknok in de straten, geen slemppartijen. Normale, vrolijke mensen die van voetbal genieten. Ik heb het niet over het damesvoetbal zelf, dat is een ander onderwerp……….
Gisteren live de Tour de France, de renners op een heuveltje van achtste of negende categorie en daar stonden ze weer: de malloten, de moggels, de schreeuwers, de zie-mij-in-beeld-lopers. Als ik kind was, oh mijn god, ik zou me dood schamen als mijn vader daar bij liep. Als ik echtgenote was, ik zou het mijn kerel op vrouwelijke pertinente wijze verbieden zichzelf en dus mij voor lul te zetten.
In de loop der jaren is het alsmaar erger geworden. Complete divisies campers liggen op de bergen, vol met vooral half afgezopen mannen die zich al tijden vervelen en van balorigheid niet meer weten wat ze doen moeten. Gekkies die elkaar imiteren in smakeloosheid (je ziet daar mannen rondlopen in zwembroek en dat zou aanleiding moeten zijn om vanwege de lelijkheid van het aangezicht, bekeuringen uit te delen). Meerennen met de coureurs die passeren en struikelen. Ja da’s lachen. Vol in beeld vol op je bek gaan.
Ik ga niet uitleggen dat meelopen met renners hinderlijk, gevaarlijk is. Ik ga niet verduidelijken dat de doorgang versmallen levensgevaarlijk is voor de coureurs, de motorrijders, de volgwagens, de ambulances, de materiaalwagens.
Wat denkt je wel sukkel? Als een renner op zo’n helling ligt, is-ie kapot. Denk je werkelijk dat jou geschreeuw van zinledige woorden (harder, volhouden) enige betekenis heeft voor iemand die 180 kilometer in de benen heeft, of zes kilometer moet rijden met een stijgingspercentage van gemiddeld 7 procent? Ademnood heeft zo’n renner en wat krijgt-ie: vervuilde lucht, vervuild met rookgranaten, rookfakkels of rooktabletten.
Concentratiestoornis krijgt de coureur. Wat doet die gek die naast me loopt, er is aan de andere kant nog een. Die fladderende vlag, die selfie-maker die achterstevoren op de weg staat. Er zit iemand aan me, er gaat iemand met vloeistof gooien. Probeer dan nog maar eens de cadans te houden en de gunstigste stukken van de weg te bereiken.
Ik zag laatst bij WATTS van Eurosport drie renners in de beklimming, omringd door drie van deze randmapeten. Bats, daar kreeg er een ‘n klap voor zijn muil. Bats, renner twee sloeg die ander voor de kop, en bats nummer drie kreeg de volle laag. In een paar seconden was het gebeurd. Ja, ze dropen af als geslagen honden. Het is geen oplossing voor het probleem en toch…… een renner mag zich beschermen tegen hondsvotten.
Sta je straks toch opeen helling, laat de weg vrij. Als het warm is, reik een plastic fles water aan. Applaudisseer voor elke zwoeger die voorbijkomt. Moedig aan. De renners horen toch niets. Volg de aanwijzingen van de politie en verkeersbegeleiders op. En blijf met je fikken van de renners af.
En vooral één ding: loop niet in onderbroek of zwembroek in het beeld. Gewoon uit menslievendheid.
Berto Merx
