Een half uur voor de aanvang van Hogeland’s Got Talent in De Blauwe Schuit in Winsum. In het omkleedlokaal is de Acro Gym groep bezig met de warming up. Op de tafels: colaflessen en de restjes van bordjes patat. De zussen Luchtenberg inspecteren de viool en de cello. Nog even en dan begint de finale van de talentenjacht met als hoofdprijs een optreden op het popfestival Graspop in Baflo in het voorjaar.
Ze komen op met een lach en een paasje. Het lijkt rozengeur en maneschijn en toch, ze zullen in hun hartjes heel diep eenzaam zijn. Esmea Bolhuis en Ismahaan Jeele Mohammed, een duo uit Uithuizen met een Afro Hip Hop dans, hebben dat enige tegen wat je niemand gunt: een dans uitvoeren en de muziek hapert. Ze staan stil, en deep-soul moeten ze de situatie zien te redden. Wat niet lukt. En het publiek – 100 fans van de optredende artiesten in het vestzaktheater– leeft met hen mee. Méér is er niet.
Dertien bands, solisten en groepen stonden klaar voor de talentenjacht die door welzijnsorganisatie Mensenwerk werd georganiseerd, met een knipoog naar de supertalentjachten waar de teevee op dit moment van overloopt. Het aantal viel wat tegen zodat een voorronde niet nodig was. De prijs: een optreden op het vermaarde Graspop Festival eind mei in Baflo. En een sessie met een fotograaf voor prenten voor in het portfolio (het mapje met knipsels en foto’s dat elke beginnende Beroemde Nederlander bij de hand moet hebben).
Het ontroerendste optreden: het trio Margaux (16), Mandy (8) en en Dean Luchtenberg (10) uit Uithuizen. Op viool, piano en cello vertolkten ze het nummer Hallelujah van Leonard Cohen. Het eerste deel was niet perfect te noemen, maar toen ze viool en cello te grazen hadden (ja, de snaren van deze instrumenten zijn nog gemener dan krokodillen), hadden ze de warmte van deze song te pakken in een instrumentaal arrangement, wat heel knap was.
Moesten we één echte topper-talent aanwijzen, dan zou het Cecile Nijhof uit Bedum zijn geweest. ‘Home coming queen’ van Kelsea Ballerini, uitgevoerd met eigen begeleiding op gitaar, het was een jonge folkzangeres die nog de charme heeft van ergens in een ingewikkelde want intellectuele kroeg op dat éénvierkantemeter podium te staan en authentiek een cover spelen. Een scheutje zangtraining erbij en wat betere beheersing van de gitaar, het zou perfect wezen. Dat doet niks af aan Hanneke Staal uit Ten Boer (14), een heel mooie stem, met een nummer van Billie Eilish. Of Jeffrey Beerda uit Zoutkamp (14) die mee doet aan het programma Superkids, met een stem zo helder als water en nagenoeg perfecte beheersing ervan.
Het was wat ongelijksoortig, het talentenfestival. De Acro Gym groep moet het hebben van beheersing van kracht, lenigheid en coördinatie. Els Cappers uit Winsum moet het zien te klaren met eigen gedichten voordragen. En Leona Kruizinga en Robert Liebes moeten maar zien indruk te maken met een chachacha, een dans in vierkwartsmaat maar dan net over de maat heen. Voor de juryleden Hanneke Randoe, van de gelijknamige dansschool, Martin Mendelts (muziekschool Hunsingo), wethouder Kristel Rutgers en Dominic van den Heuvel (Hillbookings) moet het niet gemakkelijk geweest zijn aan deze ongelijksoortigheid recht te doen.
De hoofdprijs ging naar coverband The Cleaveland Steamers, met Jan Westerlaken uit Kantens, Herman de Vries uit Hoogezand en Phil Russel uit Tolbert. Het zij ze gegund, een optreden op Graspop. De organisatie zou zich voor een volgende aflevering van Hogeland’s Got Talent toch moeten afvragen of het wijselijk is de beperking te stellen dat talenten daadwerkelijk uit de gemeente Het Hogeland moeten komen. De concurrent Rockband Kees, twee man uit Appingedam, een uit Groningen, een uit Gieten en één uit Uithuizermeeden, daarvoor zou je toch een talentenjacht Groningen’s Got Talent moeten houden?
De eerste aflevering, een agogisch momentje inlassen voor de organisatie om vlekjes weg te werken, maar doorgaan er mee.
Berto Merx
