Een zwarte kat die oversteekt was de enige verkeersdeelnemer, vanochtend om acht uur op de Raadhuisstraat in Eenrum. Op het dorpsplein zijn arbeiders bezig met de bestrating. Bij de basisschool De Linde is het oorverdovend stil. In de personeelskamer heerst een licht uitgelaten sfeer. Die sfeer die opkomt als het spannend is. Dadelijk gaan de besprekingen beginnen over hoe de crisis wordt aangepakt, maar eerst is er koffie.
De scholengroep Lauwers en Eems is niet overvallen door de mededeling gisteren dat de scholen dicht gaan. De directeuren hebben in het weekend nauw contact gehad, er was ruim een uur na de bekendmaking een brief voor de ouders digitaal voorhanden. Een instructie deed de ronde over de toegang tot ZULUConnect, een database met digitaal lesmateriaal en de codes die hiervoor nodig zijn waren zondagavond al bij de leerkrachten.
Rond half negen zijn er vijf leerlingen, waar in de normale situatie zo’n 150 kinderen de voordeur bestormen rond dit tijdstip. “Er is niets verrassend aan,” zegt directeur Peter Loonstra. Deze kinderen zijn gisteren aangemeld via de mail.” De kinderen van ouders met voor de samenleving vitale beroepen zitten aan een tafel in de middenruimte. De directeur doet een kort groepsgesprek met de leerlingen. Eén leerling merkt op dat de situatie heel leuk is: “Ik kan de hele dag doen wat ik wil,” zegt hij. “Da’s niet helemaal zo,” zegt Loonstra minzaam. “Juf Eline blijft bij jullie en het zou wel goed zijn alvast na te denken over de dagtaak.” Enigszins streng voegt hij er aan toe: “Jullie mogen niet zomaar naar buiten gaan.” Een andere leerling moet na het tekenen met de toetsen bezig. Die hij vorige week niet heeft gemaakt.
Elf personeelsleden zijn vanochtend komen opdagen, ook wie vandaag niet ingeroosterd stond. Op dit moment zitten er vier thuis, een met buikgriep en drie met klachten die als twijfelgevallen zijn aangemerkt. Het team moet aan het werk met de opdracht: hoe geven we de leerlingen thuis onderwijs en hoe pakken we het onderwijs in school aan voor kinderen van ouders die op vitale functies werken? De vergadering wordt geopend. “We gaan de geschiedenis in. Later, als je zelf opa of oma bent, zal men het nog hebben over die tijd dat de scholen op slot gingen. En wij waren daarbij,” zegt Loonstra met een mengsel van ernst en lichtvoetigheid. Eerste en lichtste probleem: het afzeggen van geplande activiteiten van de school, zoals verkeersonderwijs, het uitstapje naar Duinrel (weliswaar op 8 april gepland, maar toch een zaak van aandacht), erfgoed cultuur, de sluiting van de schoolbibliotheek. Dat soort dingen. En nog de wat zwaardere kwestie: wat gaat er met de CITO-toets gebeuren?
Het noodprogramma leidt tot kwesties waarvoor knopen moeten worden doorgehakt, en wel snel. Het komt er op neer dat voor leerlingen van groep 1 en 2 het lastiger is om thuiswerk te ontwikkelen. Kies je voor de rest voor verdere verdieping van de leerstof of herhalen van reeds afgewerkte stof. Voor groep acht is dat een gemakkelijke beslissing, die waren al bezig de leerstof te herhalen. Ander ding: hoe voorkom je dat leerlingen op afstand dingen verkeerd aanleren? “Dat weet iedereen,” zegt een leerkracht. “Iets verkeerd aanleren is zo gebeurd en je hebt er de grootste moeite mee om een leerling het weer af te leren.” En dan is er het gevaar van al dan niet thuis hard werken waardoor de verschillen toenemen. Er is een eenvoudige oplossing roept een leerkracht: “We zetten meester Sander als tutorial-online voor vragen en om de zaak in de gaten te houden.” Even een momentje van vrolijkheid.
Het besluit van de vergadering is heel eenvoudig. “We gaan voor de eigen groep uitzoeken wat er al op ZULUConnect staat, wat kunnen we er zelf snel bij zetten. Gaan we met taken per dag werken of voor een week bezig. Hoe krijgen we de leerstof die op papier staat ook bij de leerlingen thuis? Dit is de opdracht voor iedereen. Over ruim een half uur wordt het overleg voortgezet.” Einde van de bijeenkomst die lijkt op een briefing.
“We zijn niet door de ontwikkelingen overvallen. De afgelopen week is al met de gedachte gespeeld dat dit zou gebeuren. De brieven voor de ouders en de instructies voor de leerkrachten lagen gisteren klaar, er zijn geen problemen met ouders,” zegt Loonstra. “Voor ons is er een aparte kwestie. Het onderwijs drijft op materiaal van papier en het digitale materiaal is er bij, er aan toegevoegd. Pakketjes maken is niet zo moeilijk, maar hoe krijgen we die bij 150 leerlingen? Tijden afspreken dat ze kunnen worden opgehaald?” redeneert hij hard op.
Eén vervelende tegenslag voor de school in Eenrum is de kwestie die volgende week zijn beslag zou krijgen. De oude naam Octopus – en nog veel meer – is vervangen door Integraal Kindcentrum De Linde. Zelfs de Brincode, het ministerieel nummer van de school, een soort burgerservice-nummer is gewijzigd. Volgende week zouden voormalige leerlingen van groep 8 een lindeboom planten. Afgelast.
Weer een nieuwe term uit het onderwijs geleerd: ZULUConnect. Onthou dit woord.
Berto Merx
